Op zoek naar een competitieve vorm van wetenschap, dan is deze activiteit zeker iets voor jou! Kan je een blikje zo snel mogelijk van punt a naar punt b brengen zonder het blikje zelf aan te raken.
Neem een ballon en wrijf het over je wollen kledingstuk of over je haar. Zeg tegen de kinderen dat je het blikje kan laten rollen zonder het een duw te geven of het blikje aan te raken.
Tip: Wrijf de ballon uit het zicht van de leerlingen / kinderen. Zo maak je de verwondering groter.
Geef de kinderen elk een ballon en een blikje. Laat ze zelf eens uittesten hoe ze het blikje kunnen laten bewegen.
Help ze na een eindje ontdekken welk effect het opwrijven heeft met volgende vragen:
Wanneer de leerlingen door hebben dat je de ballon moet opwrijven, toon je na een eindje nog eens de proef zodat de kinderen weten hoe ze de ballon moeten houden.
Stel deze vragen wanneer ze het blikje goed kunnen laten naar voor rollen:
Na een eindje hebben de leerlingen genoeg geoefend en kan de race beginnen.
Baken een parcours af op de gerond of op een tafel (pas op: als je op de grond werkt moet je wel opletten dat de groeven tussen de tegels niet te groot zijn. Anders kan het blikje vast komen te zitten)
De leerling die het snelst het parcours aflegt wint.
Je kan strafseconden geven telkens ze het blikje aanraken.
Wat doen geladen deeltjes met elkaar?
Hoe maak je de ballon statisch geladen?
Antwoord: de ballon moet je eerst over je haar wrijven.
Antwoord: de ballon is statisch opgeladen.
De ballon is nu negatief geladen. Er zitten meer negatieve deeltjes op de ballon dan positieve. (Meer elektronen dan protonen)
Doordat je de negatief geladen ballon wat voor het blikje houdt. Zullen de positieve en negatieve deeltjes zicht opsplitsen in het blikje. De positieve deeltjes het dichtst bij de ballon en de negatieve deeltjes het verst van de ballon, want positief en negatief trekt elkaar aan. En negatief en negatief stoot elkaar af.
Antwoord: neen, dit zou niet lukken want het blikje moet volledig rond zijn. Wanneer er een deuk in het blikje zit kan het vast komen te zitten.
Omdat het blikje rond is rolt het blikje naar de ballon toe. Terwijl het blikje draait zullen de deeltjes zich terug ordenen, positieve deeltjes het dichtst bij de ballon de negatieve deeltjes het verst.
Antwoord: De ballon trekt het blikje aan. Dus moet je de ballon voor het blikje houden zodat het blikje naar de ballon rolt.
Wanneer je de ballon op de grond houdt zal ballon ontladen en zal het blikje niet meer worden aangetrokken.
Tijdens het opwrijven onstaan er geen nieuwe ladingen. De negatieve ladingen verplaatsen van het ene voorwerp naar het ander. Dat zorgt er voor dat het ene voorwerp negatief geladen is en het ander positief geladen.
Wanneer je op de grond werkt moet je wel opletten dat de groeven tussen de tegels niet te groot zijn. Anders kan het blikje vast komen te zitten.
De ballon moet je af en toe eens opnieuw opwrijven. Dit komt door de ontlading. Dat kan omdat je blikje hebt aangeraakt met de ballon of de ballon kan zicht ontladen via de handen.